Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Foto: Sara Kerklaan
actueel

Nog nooit was UvA’er Elze Geurts zo dicht bij de Olympische Spelen

Sija van den Beukel,
eergisteren - 11:27

De Olympische Spelen? Tien jaar geleden was dat ondenkbaar voor turnster Elze Geurts. Inmiddels is ze op haar 29ste in topvorm, ‘beter dan ik ooit geweest ben’ en scoort ze al het hele seizoen hoog in de Nederlandse ranglijsten. En dan, vlak voor de Olympische kwalificaties krijgt ze te kampen met blessures.

Hoe het is?’ ‘Nu even niet zo goed,’ antwoord turnster en UvA-student Elze Geurts aan de telefoon halverwege juni. Het is vlak voor de eerste Olympische kwalificatie op het NK turnen en opeens is het onzeker of ze daaraan mee kan doen. Begin juni verrekte ze haar hamstring, tijdens een gewone oefening die ze elke dag doet. Ook kreeg ze last van de spieren in het kapsel rondom haar schouder, een blessure waar ze vaker last van heeft. ‘Een beetje pech denk ik vooral,’ reageert Geurts nuchter. ‘Gelukkig is er niets gebroken, maar trainen is nu erg lastig.’

Elze Geurts

Geboren: 26 April 1995 in Raalte
UvA-studie: Geneeskunde
Bachelor filosofie
Sport: Turnen
Doel in Parijs: De finale halen met het Nederlands vrouwenteam.
Beste prestaties: Deelname aan het WK op sprong in 2021, reserve bij de Olympische Spelen in Tokyo.

Twee weken later, op de eerste Olympische kwalificatie in Rotterdam neemt Geurts toch deel. Maar ze moet haar oefening voortijdig staken. Met name de spagaatsprong is nog te pijnlijk voor haar hamstring. Daarmee worden haar kansen op de Olympische Spelen in Parijs aanzienlijk kleiner. Wil ze Parijs nog halen, dan zal ze bij de tweede kwalificatie op 6 juli in Gent – mits ze dan al hersteld is – een extra hoge score moeten halen om de achterstand op haar concurrenten in te halen.

 

Dat turnen gepaard gaat met blessures weet ze als geen ander. Zo scheurde ze haar beide achillespezen en de voorste kruisband in haar knie, zware blessures waar ze maandenlang van moest herstellen. Het leerde haar om zich niet zo snel druk te maken om dingen, ‘in ieder geval niet over dingen die je niet kunt veranderen’. En ook dat het na de ergste tegenslagen altijd weer wat beter wordt.

Foto: Sara Kerklaan

Reële kansen
Toch is het op z’n zachts gezegd een ongelukkig moment voor Geurts, die het afgelopen seizoen bovenaan de ranglijstjes van de Nederlandse turnsters scoorde. Ze haalde het hoogste aantal punten op het EK turnen begin mei in Rimini – al waren de topfavorieten voor de Olympische selectie, Naomi Visser, Eythora Thorsdottir, Sanne Wevers en Sanna Vermeer daar niet aanwezig.

 

Voor haar blessure had ze een reële kans om naar de Olympische Spelen te gaan. Er zijn vijf plekken in het Nederlands vrouwenteam, waarvoor nog tien dames in de Oranjeselectie en nog een aantal daarbuiten in de running zijn. ‘Ik denk dat ik plek 4, 5, 6, of 7 zou kunnen hebben als ik volledig fit zou zijn. Dat zijn redelijke kansen,’ schatte Geurts in, een aantal weken geleden. Dat was nog voor topfavoriet Eythora Thorsdottir op ongelukkige wijze haar voet brak, een week later.

 

Hoe anders wat dat tien jaar geleden. ‘Toen had ik op de grote toernooien niets te zoeken. De Olympische Spelen waren ondenkbaar. Dat zie je niet vaak in het turnen,’ vertelt de 29-jarige Geurts begin februari aan Folia. De meeste turners die de hoogste podia bereiken doen dat al op jonge leeftijd. Geurts debuteerde pas op haar 26ste op het wereldpodium.

 

Geurts begon op haar zevende met turnen. Ze stroomde door naar een topsportclub maar werd daar al vrij vroeg uitgeselecteerd omdat ze ‘in vergelijking met andere meiden’ minder talent had. Anders dan de meeste turnsters is ze niet lenig en moet ze het niet hebben van haar sierlijke bewegingen, maar eerder van haar spierkracht en doorzettingsvermogen, reden dat ze uitblinkt op het onderdeel sprong.

‘Mijn ouders hebben dat altijd gesupport, maar wel met de voorwaarde dat m’n school en later mijn studie daar niet onder te lijden kreeg.’

Toch blijft ze turnen. Tijdens haar middelbareschooltijd turnt ze zo’n dertig uur per week. ‘Mijn ouders hebben dat altijd gesupport, maar wel met de voorwaarde dat m’n school en later mijn studie daar niet onder te lijden kreeg.’

 

Uitgedaagd worden
En daar hield ze zich aan. Inmiddels zit ze namelijk niet alleen in de Oranjeselectie maar heeft ze ook bijna haar dokterstitel op zak. Na deze zomer moet ze nog één jaar coschappen lopen en dan is ze basisarts.

 

Ze bleef altijd studeren naast het turnen. Zo volgde ze in de wachttijd voor haar coschappen de bachelor filosofie. ‘Als je alleen sport ben je met één ding bezig, ik vind het fijn om ook op andere vlakken uitgedaagd wil worden.’

Foto: Sara Kerklaan

Ook in haar Olympisch jaar, waar de meeste sporters hun studie op een laag pitje zetten blijft ze coschappen lopen. Tot april gaat ze drie dagen in de week naar het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG), voor het coschap sportgeneeskunde. Op de elektrische fiets ‘want je moet niet moe bij een training aankomen.’ Maandag en dinsdag combineert ze het trainen met de coschappen. ‘Dan lig ik om 21.00 uur in bed en slaap ik de klok rond.’

 

De harde werkmentaliteit kenmerkt Geurts, iets dat ze van thuis uit heeft meegekregen. ‘Ik heb een lange adem en kan vrij gemakkelijk het werk verzetten dat er nodig is om op dit niveau mee te doen.’

 

Daarnaast slaagt ze erin om het plezier in het turnen te blijven behouden. ‘Het voelt nog steeds als een grote speeltuin,’ zegt ze daarover. ‘Turnen is iets waar ik heel duidelijk zelf voor heb gekozen. Ik heb een studie waar ik zo verder mee kan, ik moet dit van niemand.’

 

Beter dan ooit
Ook blijft ze alsmaar beter worden. In die jaren dat ze leert over Descartes en Kant bereikt ze de Nederlandse selectie. En ook dan is het plafond nog niet in zicht. ‘Ik merk dat ik beter en beter word en dat geeft me een hoop motivatie,’ zegt ze in februari. ‘Met name op de meerkamp, de wedstrijd waarbij je oefeningen uitvoert op alle vier de toestellen, had ik eerder wel duidelijk twee betere en twee mindere toestellen. Ik heb nu wel het idee dat ik echt inzetbaar ben op alle toestellen. En dat zie je ook wel aan de scores die ik op wedstrijden haal. Het kan altijd nog beter, maar ik ben nu in een topvorm, beter dan ik ooit ben geweest.’

‘Het kan altijd nog beter, maar ik ben nu in een topvorm, beter dan ik ooit ben geweest’

In de laatste maanden voor de Spelen stopt ze ook met haar coschappen om zich volledig op het trainen en herstellen te richten. Alles staat in het teken van dat ene doel, waarvan ze pas op het laatste moment zal horen of het gaat lukken. ‘Dat is heel spannend, maar dat is altijd hoe het is als je op dit niveau turnt. Dus op een gegeven moment leer je met die spanning om te gaan.’

 

Meedoen aan de Olympische Spelen zou de kroon op haar werk zijn. En toch lijkt dat doel – met de huidige blessures – van haar weg te drijven. Hoe ze dat vindt? ‘De Olympische Spelen lijken het belangrijkste moment, en dat is het ook. Maar stel je haalt het niet, dan is het niet het einde van de wereld,’ zegt de nuchtere Geurts daarover. Ze probeert positief te blijven. En of dat ook lukt? ‘Een beetje.’

 

De tweede Olympische kwalificatie voor turnen is 6 juli 2024 in Gent.