Sera Markoff, UvA-hoogleraar theoretische hoge-energie astrofysica, wist al sinds vorige zomer dat er een foto was gemaakt van een zwart gat. Ze sprak erover tijdens de persconferentie in Washington. ‘Ik was bang dat ik voor de ogen van miljoenen mensen een fout zou maken, zou struikelen of mijn verhaal zou vergeten.’
Afgelopen zomer zag je de foto van het zwarte gat voor de eerste keer, hoe voelde dat?
‘Het was geweldig. Het zag er precies zo uit als we voorspeld hadden met de modellen. Ik vond het moeilijk om te bevatten dat het geen model was, maar een echte foto. Het geeft mij grote voldoening, dat de foto aan mijn verwachtingen voldoet. Het zien van de foto was een emotioneel moment voor mij.’
Waarom was het maken van deze foto zo speciaal?
‘Dat is altijd zo als je iets voor de allereerste keer doet. Alle wetenschappelijke doorbraken zijn opwindend. Zwarte gaten zijn bedacht op basis van wiskundige voorspellingen, zonder dat experimenten zijn uitgevoerd. Daarom is er veel discussie gevoerd rondom zwarte gaten en het bestaan daarvan. Ook Einstein was het niet eens met het idee dat er een event horizon zou zijn rondom de zwarte gaten. Pas in de jaren vijftig en zestig ontdekten men objecten in de ruimte, die aangedreven zouden moeten worden door zwarte gaten. Maar nog niemand had er direct een waargenomen met licht, totdat deze foto werd gemaakt.’
Hoe heb je het maandenlang geheim kunnen houden?
‘Dit was voor mij niet zo moeilijk. Ik kon het al wel vertellen aan mijn beste vrienden en mijn man. De foto heb ik niet aan iedereen laten zien, maar ze wisten wel waar ik mee bezig was. Met de meeste van mijn vrienden praat ik sowieso niet over de details van mijn werk, daarom was het gemakkelijk om het geheim te houden. Ik roddel niet graag en ik vind het leuk om af en toe een geheim te bewaren.’
(Lees verder onder de afbeelding)
Moest je geen geheimhoudingsverklaring ondertekenen?
‘Nee, maar we wisten allemaal dat het onder embargo was en we niets openbaar mochten maken tot de persconferentie, dat was een voorwaarde voor iedereen die onderdeel wilde zijn van de EHTEHT staat voor Event Horizon Telescope.-samenwerking. Hier hebben we geen documenten voor ondertekend, maar er is wel een bijeenkomst over gehouden. Als iemand informatie zou lekken en dat terug te herleiden was naar die persoon, dan zou hij of zij uit de samenwerking worden gezet.
Het is nog bijna mis gegaan op de dag voor de bekendmaking van de foto. Op een website van een onderzoeksinstituut was de foto van het zwarte gat al een dag te vroeg te zien door een foutje. Gelukkig was hij alleen te vinden door mensen die heel precies wisten waar ze moesten zoeken. Een Duitse wetenschapsjournalist zag dat bericht en heeft ons hierover gewaarschuwd in plaats van er met een primeur vandoor te gaan. Ik moet nog even contact met hem opnemen, want hij is echt een held voor mij.’
Waarom was jij uitgenodigd om te spreken bij de persconferentie in Washington?
‘Ik denk dat er verschillende factoren zijn geweest waardoor ik daar terecht ben gekomen. Doordat ik een Amerikaanse wetenschapper ben die in Nederland werk, representeer ik de internationale samenwerking. Daarnaast werd de persconferentie in Washington gehost door de National Science Foundation (NSF). De NSF heeft verschillende fellowships van mij gefinancierd, daarom was het ook een logische keuze om mij uit te nodigen. Natuurlijk waren ze ook op zoek naar wetenschappers die aan verschillende onderdelen van het project hebben meegewerkt, dat kwam zo allemaal goed uit.’
Hoe was het om op de conferentie te spreken?
‘Het was het engste wat ik in mijn hele leven gedaan heb. Natuurlijk heb ik wel vaak gepresenteerd op wetenschappelijke conferenties, maar nu lag er veel meer druk op. We hadden een heel strikte tijdslimiet gekregen waar we ons aan moesten houden. Ik heb nooit eerder zo’n situatie meegemaakt: de hele ruimte zat vol met journalisten, achterin stonden allemaal camera’s en de lichten waren zo fel dat je alleen een paar stippen zag. Onder deze omstandigheden moest je dan proberen om je te concentreren en je verhaal binnen de tijd te vertellen. En dat allemaal live op televisie.’
Hoe kijk je er nu op terug?
‘Ik heb het eerlijk gezegd nog niet teruggekeken, want ik wil mezelf niet zien. Ik heb wel een paar foto’s van de conferentie gezien, maar als ik daar naar kijk voel ik me weer gestrest. Ik was heel bang om een grote fout te maken, te struikelen of mijn verhaal te vergeten, terwijl miljoenen mensen zouden kijken. Nu dat allemaal niet gebeurd is, ben ik heel blij dat ik het gedaan heb en was het een geweldige ervaring. Achteraf mochten we ook nog naar het Capitool om onze resultaten te presenteren aan leden van het congres en andere overheidsmedewerkers die beslissingen maken over wetenschapsfinanciering. Hier konden we laten zien dat internationale samenwerking belangrijk is – iets wat door de huidige regering weleens vergeten wordt.’
(Lees verder onder de afbeelding)
Terug in Nederland mocht je ook presenteren op het symposium van de KNAWKoninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, hoe was dat?
‘Dat was een stuk leuker, vooral veel relaxter. We hadden veel langer om te spreken, waardoor het echt mogelijk was om je verhaal te doen. Ook vond ik het erg leuk dat het open was voor het grote publiek, het is fantastisch om te zien dat er zoveel mensen interesse hebben in dit onderzoeksproject. Het is belangrijk dat men weet dat Nederlanders een belangrijke rol hebben gespeeld in dit project. Zelfs collega’s van de UvA weten soms niet dat de UvA een vooraanstaand instituut is op het gebied van zwarte gaten. Het is iets om trots op te zijn.’
Hoe is het om al deze media-aandacht te krijgen?
‘Eerlijk gezegd heb ik zoveel mogelijk interviews geprobeerd te ontwijken. Ik houd er niet van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Daarnaast hebben er een paar honderd wetenschappers meegewerkt aan dit project, terwijl de media alleen focussen op de paar mensen die hebben gesproken tijdens de persconferenties. Daarom hebben we zoveel mogelijk media doorverwezen naar jonge onderzoekers, die belangrijke bijdragen hebben geleverd.’
Hoe werk je samen met zoveel wetenschappers?
‘Het hele project was opgebouwd uit verschillende werkgroepen, die door verschillende wetenschappers werden geleid. De meeste wetenschappers waren lid van meerdere werkgroepen, waardoor iedereen andere rollen had. Achteraf was het wel belangrijk dat je kon aantonen dat je iets had bijgedragen aan het project om ervoor te zorgen dat je naam op de wetenschappelijke publicaties kwam.’
En hoe schrijf je samen een artikel?
‘Het schrijven van de artikelen is echt een groepsinspanning geweest. Alle artikelen waren opgedeeld in meerdere secties, die elk door drie of vier wetenschappers geschreven zijn. Vervolgens werden alle stukken door nog veel meer mensen nagelezen, die overal opmerkingen bij plaatsten. Als de artikelen af waren, werden ze ook nog kritisch gelezen door wetenschappers die bij specifieke delen van het onderzoek niet betrokken zijn geweest. Daarna zijn ze pas ter publicatie aangeboden – je wilt er zeker van zijn dat er geen fouten in zitten.’
Wat was jouw rol in dit project?
‘Pas sinds 2018 werd het een officiële samenwerking onder de naam Event Horizon Telescope. Daarvoor werkten we wel al samen met verschillende internationale groepen. Tijdens de voorbereidingen van de 2017-observaties kwam ik erachter dat ze van plan waren om maar met één golflengte naar het zwarte gat te gaan kijken en heb ik gezegd dat er meer observaties met meerdere telescopen nodig waren. Vervolgens is de multi-golflengte-werkgroep opgericht om zich hiermee bezig te houden. Hiervan ben ik co-coördinator omdat ik dat werk toch al deed. Ook ben ik lid van de Science Council, die het bestuur en management advies gaf over wetenschappelijke aspecten, zoals wetenschappelijke prioriteiten en de dagelijkse gang van zaken. Daarnaast zat ik in een werkgroep die probeerde tijd bij de telescopen te reserveren. De telescopen die we gebruikt hebben waren namelijk niet van ons, maar van overheden, universiteiten en andere instituten. Je weet van tevoren niet of deze voorstellen goedgekeurd zouden worden.’
Zullen we ooit in staat zijn om zwarte gaten volledig te begrijpen?
‘Astrofysisch gezien weten we inmiddels al vrij veel. Alleen al het feit dat we modellen hebben kunnen maken van zwarte gaten, die zo erg lijken op onze waarnemingen, laat zien hoeveel we al weten. Maar als je het hebt over theoretische natuurkunde dan zijn nog veel vragen onbeantwoord, omdat een sluitende theorie over kwantumzwaartekracht ontbreekt. Hierdoor kunnen we bepaalde vragen – zoals wat is een zwart gat? En hoe werkt ruimte-tijd? – nog niet beantwoorden.’
Hoe gaan jullie nu verder?
‘Naast de foto van het zwarte gat heeft dit project nog veel meer data opgeleverd, die nog lang niet allemaal geanalyseerd is. Nu is het tijd om deze bevindingen in verband te brengen met observaties die we ook met andere telescopen kunnen doen, zoals de invloed van zwarte gaten op sterrenstelsels. Er bestaan ook kleine zwarte gaten, die niet waar te nemen zijn met EHT. Hopelijk kan al deze data ervoor zorgen, dat we ook deze zwarte gaten beter kunnen begrijpen. Wel is het EHT project maar een klein deel van mijn onderzoek. Daarnaast kijk ik ook naar de fysica in de omgeving van zwarte gaten en de processen die zich hier afspelen. Zwarte gaten lanceren bijvoorbeeld jets van magnetische plasma die deeltjes versnellen, hier doe ik ook onderzoek naar.’