Niks meer missen?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Foto: Daria Nepriakhina (Unsplash)
wetenschap

Vooral TikTok, YouTube en Instagram schaden mentale gezondheid van jongeren

Sija van den Beukel,
23 augustus 2024 - 15:14

De mentale gezondheid van jongeren holt achteruit en daar zou sociale media een rol in spelen. Maar het ene platform is het andere niet, tonen UvA-onderzoekers aan. ‘Snapchat en WhatsApp hebben overwegend positieve effecten op vriendschappen.’

De meerderheid van de jongeren, 60 procent, ervaart minder zelfvertrouwen, een verminderd welzijn en voelt zich minder verbonden met vrienden na het gebruik van sociale media. Dat publiceerden UvA-wetenschappers in een preprint. Voor dat onderzoek lieten de wetenschappers 479 jongeren tussen de 14 en 18 jaar honderd dagen lang een dagboek bijhouden over hun sociale mediagebruik. De UvA-onderzoekers vroegen jongeren welke sociale media platformen ze het meeste gebruikten en onderwierpen de vijf meest genoemden – TikTok, Snapchat, WhatsApp, Instagram en YouTube – aan een uitgebreidere analyse.

 

Het is voor het eerst dat die vijf platformen in onderzoek met elkaar worden vergeleken. Vaker worden alle sociale media op één hoop gegooid. ‘Het landschap van sociale media apps verandert zo snel,’ vertelt sociale-media-onderzoeker Amber van der Wal en eerste auteur van de preprint. ‘Met een Facebook-studie onder tieners kun je nu niet meer aankomen. Daarom worden de verschillende platformen vaak samengenomen.’

 

Dat sociale media slecht is voor de mentale gezondheid van jongeren, daar is iedereen het toch wel over eens?

‘Dat lijkt inderdaad de heersende publieke opinie te zijn, maar in de wetenschap is nog niet iedereen het daarover eens: de afgelopen jaren zijn er heel veel onderzoeken met tegenstrijdige resultaten gepubliceerd. Daarnaast zijn er verschillende manieren om het te onderzoeken. Sommige onderzoeken vergelijken groepen die meer en minder sociale media gebruiken met elkaar, andere studies kijken naar de verschillen “binnen” personen: voelt iemand zich beter of slechter als hij meer of minder sociale media gebruikt? Wij kozen voor de laatste methode.’

Foto: UvA
Amber van der Wal

Hadden jullie verwacht dat de effecten van sociale media per app zouden verschillen?

‘Intuïtief had ik wel verwacht dat Snapchat en WhatsApp een positief effect zouden kunnen hebben op de hechtheid van vriendschap, omdat jongeren via die apps contact met elkaar zoeken. En dat blijkt ook wel: Snapchat en Whatsapp hebben voor respectievelijk 71,5 procent en 77 procent van de jongeren een positief effect op de hechtheid van vriendschappen. Maar dat de verschillen zo groot zouden zijn had ik niet verwacht.’

 

‘Voor TikTok, YouTube, Instagram vinden we op alle drie dimensies van de mentale gezondheid – welzijn, zelfvertrouwen en hechte vriendschappen – voor een grote groep negatieve effecten. Dat vriendschappen dus ook tot dit rijtje behoorde was een verrassing voor mij. YouTube bijvoorbeeld, heeft voor bijna 80 procent van de jongeren een negatief effect op hun vriendschappen, voor TikTok is dit 71,5 procent.’

 

Hoe komt dat denk je?

‘Daar is meer onderzoek voor nodig, maar ik kan me voorstellen dat als je heel veel tijd doorbrengt op YouTube je daardoor weinig contact hebt met je vrienden. Of andersom: dat je juist op de dagen dat je geen contact kan hebben met je vrienden veel filmpjes gaat kijken en je je aan het eind van de dag minder verbonden voelt.’

‘Bijna 80 procent van de jongeren geeft aan dat YouTube een negatief effect heeft op hun vriendschappen’

Hoe zit het met Instagram, daar is ook een chatfunctie en worden ook foto’s gedeeld, net als Snapchat. Kun je verklaren waarom dat medium negatieve gevolgen heeft?

‘Instagram veroorzaakt minder negatieve effecten dan TikTok en YouTube, maar inderdaad wel meer dan Snapchat. Bijna 38 procent van de jongeren die Instagram gebruikt ervaart een negatief effect op vriendschappen. Uit focusgroepen en interviews met tieners ontstond het beeld dat Instagram toch vooral wordt gebruikt om foto’s en filmpjes te kijken. De DM-functie kan wel gebruikt worden om iets door te sturen, maar de echte communicatie vindt toch voornamelijk via Snapchat plaats en in mindere mate via WhatsApp.’

 

Dus hoe meer er gecommuniceerd wordt tussen tieners, hoe beter het eigenlijk met ze gaat?

‘Ja, daar lijkt het wel op. En het laat ook zien dat we niet alle sociale media over één kam moeten scheren, omdat het ook positieve effecten kan hebben.’

‘Het onderzoek laat zien dat je niet alle sociale media over één kam moeten scheren, het kan ook positieve effecten hebben’

Toch ervaart 60 procent van de tieners wél negatieve effecten.

‘Ja, en daar ben ik ook bezorgd om. Maar van de overige 40 procent ervaart een kleine groep (overwegend) geen effecten; 5 procent alleen positieve effecten en de rest zowel positieve als negatieve effecten. Voor die laatste groep zou het allermooiste zijn als je een manier kan vinden waarop je de positieve effecten behoudt en de negatieve effecten kan elimineren. Dus wel het contact met vrienden onderhouden en eindeloos filmpjes kijken indammen.’

 

Hoe zou je dat kunnen doen?

‘Ik denk dat het heel belangrijk is om het hierover te hebben: ouders met kinderen en via voorlichting op scholen. En dan heb ik het ook over WhatsApp en Snapchat, want het lijkt nu misschien alsof die platforms alleen maar fantastisch zijn, maar ook daar kunnen kinderen nare filmpjes toegestuurd krijgen, dus voorzichtigheid is altijd geboden.’

 

‘Daarnaast zou ik ook voor zijn om de toegang tot sociale media in te perken vanuit de EU. Een algeheel verbod onder de 16 jaar zou voor mij te rigoureus zijn. Kinderen hebben het recht op informatie en zoals ook uit dit onderzoek blijkt kan sociale media heel positief zijn. Maar ik denk wel dat het goed is om kinderen in bescherming te nemen. Platforms als YouTube, TikTok en Instagram hebben wel een heel verleidelijk design: nu kun je eindeloos doorscrollen en gaan filmpjes automatisch afspelen. Daar kun je maatregelen voor treffen om voor minderjarigen die functies als default uit te zetten.’