Steeds meer studies gebruiken proctoring, oftewel videosurveillance tijdens tentamens. Hoogleraar Bas van de Putte kijkt er met een frisse blik naar en heeft een idee met een kwinkslag om fraude te verminderen en werkdruk te verlagen: ‘Geef alle studenten bij aanvang van het vak een 6; uiteindelijk haalt het grootste deel dat na een of meerdere pogingen toch wel.’
Proctoring bij online tentamens heeft evidente voor- en nadelen. Een overduidelijk nadeel is de privacy invasie van de woonruimtes van studenten. Had ik zelf nog gestudeerd, had ik waarschijnlijk de bungalowtent van mijn ouders in mijn kamer opgezet om volgens alle regels aan het tentamen deel te nemen. Een evident voordeel is fraudebestrijding.
Helaas kun je niet alle studenten op de kleur van hun ogen vertrouwen. Dat deed de Universiteit Twente wel. Zij zette geen proctoring in, maar liet alle studenten tevoren plechtig beloven geen fraude te plegen. Het resultaat was dat het tentamen achteraf ongeldig moest worden verklaard.
Niets nieuws onder de zon
Fraude is van alle tijden. Minister van Engelshoven schreef in augustus aan de Tweede Kamer dat er bij thuistentamens weliswaar fraude wordt gepleegd, maar niet meer dan anders. Laten we daarom niet proberen om fraude fanatieker te bestrijden dan bij fysieke tentamens.
Ik vind het bijvoorbeeld eigenaardig dat je van de UvA tijdens online tentamens met proctoring niet naar het toilet mag, terwijl dit sinds jaar en dag wel is toegestaan bij fysieke tentamenlocaties als het IWO. Studenten die nog bezig zijn met het tentamen mogen naar dezelfde toiletblokken als studenten die het tentamen al hebben ingeleverd, kunnen aldaar zonder problemen digitale hulplijnen inroepen, als dat al nodig is omdat een beetje telefoon voldoende geheugen heeft om de Encyclopedia Brittanica in op te slaan. Er staan weliswaar kluisjes waarin studenten een mobiele telefoon moeten opbergen, maar ik hoop dat degene die dit heeft bedacht hierbij niet fraudebestrijding op het oog had.
Fraudeurs kunnen ver komen in het leven
Is fraude eigenlijk wel een probleem? Studenten frauderen onder meer omdat ze anders vrezen te zakken wegens onbekwaamheid of luiheid. Of omdat ze het beter willen doen dan anderen, maar met minder moeite. Dit laatste willen we natuurlijk allemaal wel en is niet per se negatief.
Een relevante doelstelling van een academische opleiding is het voorbereiden van studenten op de beroepspraktijk. Vaardigheden als durf en kunde om het spel niet helemaal eerlijk te spelen, en ethische normen leren relativeren, zijn daarbij belangrijke kwaliteiten waarmee je ver kan komen, bijvoorbeeld president worden. Zo zijn er wel meer beroepen waar 100 procent eerlijkheid geen voorspeller is van een grootse carrière. Het zou me niet verbazen als veel frauderende studenten het later nog ver zullen schoppen.
Geef alle studenten een zes
Fraude om falen tegen te gaan is eenvoudig te bestrijden door alle studenten bij aanvang van elk vak alvast een 6 te geven; uiteindelijk haalt het grootste deel dit toch wel, al dan niet na meerdere pogingen. Ik zie ook grote voordelen voor de hoge werkdruk. Er is een aanzienlijk aantal studenten dat al blij is als ze alleen maar zijn geslaagd. Onlangs mochten al mijn studenten een tentamen overdoen, waarbij het hoogste cijfer zou tellen. Van degenen die al bij de eerste gelegenheid waren geslaagd, greep slechts 20 procent de risicoloze kans een hoger cijfer te halen. Van degenen die waren geslaagd met een 6 of lager, was 57 procent tevreden met dit cijfer.
En de kwaliteit dan?
Nu hoor ik de onderwijsdirecteuren al sputteren dat de opleiding toch de kwaliteit van het diploma moet kunnen garanderen. Werkgevers moeten erop kunnen vertrouwen dat diplomahouders bepaalde kennis, inzicht en vaardigheden hebben. Klinkt mooi, maar is een bureaucratische illusie. De cijferlijst lijkt me meer voorspellend voor de kwaliteit van studenten. Illustratief vind ik ook de verontwaardigde mail van een student die ik onlangs ontving. Zij was kwaad dat een door technische problemen mislukt online tentamen pas een week later opnieuw werd aangeboden en niet meteen de volgende dag: nu had ze helemaal voor niets geleerd.
Publieke verklaring
Tot slot, onderzoek laat zien dat mensen zich eerder aan bepaald gedrag houden als ze dit tevoren publiekelijk verklaren. Anders dan in Twente is het wel essentieel dat ze dit vrijwillig doen. Nodig daarom alle studenten uit een niet-fraude verklaring op hun socialemedia-accounts te plaatsen. Geen probleem als men zich daaraan niet houdt. Studenten die handig genoeg zijn om ermee weg te komen als ze zich niet 100 procent ethisch gedragen, geven blijk van een belangrijke praktische vaardigheid waarvan toekomstige werkgevers nog veel plezier kunnen hebben.
Bas van den Putte is hoogleraar gezondheidscommunicatie. Deze column verscheen eerder op de medewerkerspagina’s van de Faculteit der Maatschappij- & Gedragswetenschappen.